Always reach for the top

Always reach for the top

donderdag 14 mei 2020

Binnen en buiten


Het begint al bijna te wennen: elke week in de nieuwsbrief van de Morgenster een bezinnend stukje.
Voor die van 17 mei 2020 een stukje met enkele voorlopige gedachten over theologie en geloof bedrijven in onze tijd.

'BINNEN EN BUITEN' 



Het is een open deur: we beleven deze tijd als een spannende tijd. Een tijd die vragen stelt over beheersbaarheid en maakbaarheid. Durft u plannen te maken voor de komende zomer? Wie grote behoefte heeft aan zekerheid heeft het in deze maanden zwaar. Als je nu door ons dorp fietst dan heb je veel sterker dan anders het gevoel dat we allemaal in hetzelfde schuitje zitten. Deze crisis raakt ons allemaal, niemand uitgezonderd. Als we daar over doordenken dan maakt deze crisis zichtbaar (en acuut) wat altijd al het geval is. Deze tijd openbaart wat we eigenlijk altijd al wisten maar konden wegstoppen of negeren, namelijk dat individualisme consequent doorgeredeneerd helemaal niet kan. Dat we inderdaad met duizend en één draden met elkaar verbonden zijn. Niet alleen in onze directe woonomgeving, maar wereldwijd. We beseffen dat het voedsel dat in de winkel ligt daar aanwezig is dankzij een ongelofelijk ingewikkeld netwerk waarin alles moet kloppen.
Deze ervaring leidt ook tot herbezinning op theologisch gebied. De concrete ervaring van zo met anderen verbonden zijn leidt tot vragen over kerk-zijn en over Gods aanwezigheid in onze schepping. Zo vraag ik mij steeds meer af of ons hele denken in ‘binnen’ en ‘buiten’ wel klopt. Een typisch kerkelijke vraag als ‘hoe verhouden we ons tot onze context?’ komt in een ander daglicht te staan. Die vraag stellen suggereert dat je twee keurig van elkaar gescheiden grootheden zou hebben, de kerk en dat wat daarbuiten is. Maar ‘buiten’ is toch ook te vinden in dat wat ‘binnen’ is? Als mensen van deze tijd behoren wij toch ook honderd procent tot ‘buiten’? En wat ‘buiten’ is kan toch ook tekenen van Gods Geest (die ook de Geest van Jezus is) openbaren?
Deze week verscheen een waarschijnlijk belangrijk boek van Erik Borgman. Hij is een van de meest invloedrijke theologen van ons land op dit moment. Hij is een Rooms-Katholiek en doceert in Tilburg. Wie zijn werk een beetje kent heeft de laatste jaren regelmatig een flard ‘Borgman’ in mijn preken gehoord. Deze week verscheen het eerste deel van een serie van drie boeken, getiteld ‘Alle dingen nieuw’. Ik ben het met veel interesse gaan lezen. In dat boek geeft hij op één van de eerste bladzijden toe dat hij ‘schaamteloos en zonder excuus’ direct in het diepe is gesprongen met wat hij noemt de ‘grammatica van Christus’. In mijn eigen woorden: die grammatica is een bepaalde manier van zien, de wereld zien in het licht van liefde en genade. Misschien zegt u nu: ‘Heb je daar drie dikke banden voor nodig om dat duidelijk te maken? Dat wisten we toch al?’ Dan bent u een gezegend mens. De vrijmoedigheid om elke morgen opnieuw in de krantenkoppen ook God te zien is namelijk niet iedereen direct gegeven.